De bombardementen boven Hassajek op 18 oktober 2016

Door Peter Buysrogge op 16 november 2016, over deze onderwerpen: Defensie

Op 16/11/2016 interpelleerde ik tijdens de commissie Defensie minister Steven Vandeout over de bombardementen boven Hassajek (Syrië) op 18 oktober 2016 en de beschuldigingen van het Russische ministerie van Defensie betreffende de vermeende betrokkenheid van Belgische F-16's (nr. 14915).

 

Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, de meeste elementen werden al aangebracht en ik zal bijgevolg mijn inleiding niet langer maken dan noodzakelijk.

Dit onderwerp kwam al aan bod in plenaire vergadering. In de opvolgingscommissie zijn de harde bewijzen geleverd voor het feit dat de Belgische F-16’s niet verantwoordelijk waren voor de bombardementen boven Hassajek op 18 oktober.

Mijn vragen betreffen veeleer de relaties met Rusland. Is er nog nieuws met betrekking tot de beschuldigingen van Rusland? Wat zijn de eventuele gevolgen van de strijd tegen IS in Syrië en Irak onder de koepel van de internationale coalitie? Wat is de huidige relatie van Rusland, zowel met België als met de leden van de internationale coalitie?

 

Antwoord Steven Vandeput

 

 Mevrouw de voorzitter, ik heb geen contact gehad met de Russische minister van Defensie. Zoals u weet, is de Russische ambassadeur in de week van 17 oktober door de minister van Buitenlandse Zaken geconvoceerd geweest.

Voor de inhoud van die gesprekken verwijs ik u door naar de bijzondere vergadering in de commissie belast met de opvolging van buitenlandse missies. Als u er nog meer over wenst te weten, verwijs ik u door naar de minister van Buitenlandse Zaken.

De keuze van België als doelwit van deze propagandacampagne is waarschijnlijk gebonden aan zeer pragmatische diplomatieke redenen, de Europese agenda en het feit dat wij een aantal instellingen huisvesten.

Een afgelopen operatie, mijnheer Top, wordt altijd geëvalueerd. Die evaluatie wordt ook gedeeld in de commissie belast met de opvolging van buitenlandse missies waarin u zetelt.

La convention du 20 octobre 2015 ne vise qu'à empêcher tout incident entre avions de la coalition internationale et avions russes. Elle n'implique aucune collaboration ni opérationnelle ni tactique entre les militaires de la coalition et les militaires Russes ou les Syriens. Il n'y a donc aucune relation entre l'objet de la convention et les allégations russes relatives aux bombardements dans la région d'Alep. À cet égard, aucune indication ne porte actuellement à penser que la Belgique devrait dénoncer cette convention.

Op 23 oktober 2016 ben ik gedurende 13 minuten het onderwerp geweest van de Russische nationale televisie. We hebben ervoor gekozen daar niet meer op te reageren. Sindsdien is het stil op dat vlak, wat ook te verwachten viel, omdat de beschuldigingen volledig onterecht waren. Dat kadert natuurlijk in de voor Rusland kenmerkende propaganda.

 

Repliek Peter Buysrogge

 

Bedankt voor uw antwoord.

Kort gezegd heb ik hierover vier opmerkingen.

Ten eerste, er hebben bij Rusland grotere politieke afwegingen meegespeeld. Het is duidelijk dat men België verdacht heeft willen maken, terwijl men dat niet kon bewijzen.

Ten tweede, de verdachtmakingen van de Russen hebben geen effect gehad op de inzet van onze militairen bij de internationale coalitie. Tevens is het ook belangrijk om te beklemtonen dat er geen collateral damage is.

Ten derde, ik denk dat de federale regering, en ook u als minister, daarop verstandig gereageerd hebt door allereerst fors te ontkennen en de beweringen te weerleggen en door vervolgens, toen bleek dat Rusland geen bijkomende elementen kon leveren, u ervan te weerhouden te blijven poken. Ik denk dat dat een goede zaak is. We zouden trouwens, volgens mij, geen baat hebben bij het opstoken van de relaties met Rusland; het is en blijft strategisch gezien een belangrijk land.

Ten vierde, beklemtoon ik dat voor mij persoonlijk en ook voor onze partij openbaarheid van bestuur en transparantie zeer belangrijk principes zijn. Ik merk trouwens ook dat we hier bij monde van Alain Top een wijziging van het standpunt van sp.a mochten vernemen: transparantie is vanaf nu vooral na het afronden van de operaties belangrijk. Men maakt hier een belangrijke opening. Alleszins zijn voor ons de veiligheid van de militairen, de strategische belangen en de parlementaire controle belangrijker dan mediabelangstelling.

 

Het integrale commissieverslag kan u terugvinden op http://www.dekamer.be/doc/CCRI/pdf/54/ic535.pdf#search="14627"

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is